Mesenterium

Darmscheil
Mesenterium
Synoniemen
Latijn medianum[1][2]

mesaraeum[1][3][2][4]
mesaraion[2]
meseraion[2]
messenterium[5]
mensenterium[6]
mescrenium[6]
membrana pinguis[1]
membrana pinguis intestinorum[2]
medium intestinum[1][5]
meseraeum[3][2][5]
mesoraeum[3][2][5][4]
mesenteron[2]
epichordis[3][2]
lactes[1][2][6]
rodol[6]
eucharus[6]
gedauel[6]
gedeguil[6]

Oudgrieks μεσεντέριον[1][5][7]

μεσέντερον[7]
μεσάραιον[5][7]
ἐπιχορδίς[1][3][7]

Nederlands darmscheidsel[8]

middeldarmvlies[1]
darmnet[4]
ophangband[9]

Portaal  Portaalicoon   Biologie

Het mesenterium[10] of darmscheil[4][11] is in de anatomie de dubbele laag peritoneum, die vanuit de achterwand van de buikholte vastgehecht is aan de dunne darm. Vaak wordt de term ook gebruikt voor alle dubbele lagen peritoneum rond diverse organen van de buikholte.

Het mesenterium in strikte zin verwijst naar het peritoneum waarmee het jejunum en ileum verbonden zijn met de achterwand van de buikholte. Tussen deze beide lagen peritoneum liggen bloed- en lymfevaten en zenuwen. Inmiddels wordt het mesenterium door sommige onderzoekers als een geheel orgaan beschouwd.[12]

Literatuurverwijzingen
  1. a b c d e f g h Schreger, C.H.Th.(1805). Synonymia anatomica. Synonymik der anatomischen Nomenclatur. Fürth: im Bureau für Literatur.
  2. a b c d e f g h i j Dunglison, R. (1856). ‘’Medical lexicon. A dictionary of medical science.’’ (13th edition).Philadelphia: Blanchard and Lea.
  3. a b c d e Kraus, L.A. (1844). Kritisch-etymologisches medicinisches Lexikon (Dritte Auflage). Göttingen: Verlag der Deuerlich- und Dieterichschen Buchhandlung.
  4. a b c d Gabler, E. & Winkler, T.C. (1881). Latijnsch-Hollandsch woordenboek over de geneeskunde en natuurkundige wetenschappen. (Tweede druk). Leiden: A.W. Sijthoff.
  5. a b c d e f Hyrtl, J. (1880). Onomatologia Anatomica. Geschichte und Kritik der anatomischen Sprache der Gegenwart. Wien: Wilhelm Braumüller. K.K. Hof- und Unversitätsbuchhändler.
  6. a b c d e f g Fonahn, A. (1922). ‘’Arabic and Latin anatomical terminology. Chiefly from the Middle Ages.’’ Kristiania: Jacob Dybwad.
  7. a b c d Liddell, H.G. & Scott, R. (1940). A Greek-English Lexicon. revised and augmented throughout by Sir Henry Stuart Jones. with the assistance of. Roderick McKenzie. Oxford: Clarendon Press.
  8. Kiliaan, C. (1599/1972). Etymologicum Teutonicae Linguae. (ed. F. Claes s.j.). Den Haag: Mouton.
  9. Bastiaanssen, C.A. & Jochems, A.A.F. (1998). Anatomie en fysiologie (4de druk). Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.
  10. Federative Committee on Anatomical Terminology (FCAT) (1998). Terminologia Anatomica. Stuttgart: Thieme
  11. Haan, H.R.M. de & Dekker, W.A.L. (1955-1957). Groot woordenboek der geneeskunde. Encyclopaedia medica. Leiden: L. Stafleu.
  12. Coffey, J. C., O'Leary, D. P., Nov. 2016. The mesentery: structure, function, and role in disease. The Lancet Gastroenterology & Hepatology 1 (3), 238-247. DOI:10.1016/s2468-1253(16)30026-7